Je hoeft niet langer af te tellen, vandaag gaat je reis naar Sri Lanka dan echt beginnen.

De vlucht is niet inbegrepen in de prijs, maar, wij helpen je graag met het zoeken naar een geschikte vlucht

Tijdens de rondreis word je vergezeld door onze lokale Engelssprekende chauffeur, tevens je gids. En dat is fijn, want zo hoor je over de cultuur en de gewoontes van de lokale bevolking.

Ayubowan! Zodra je met je bagage in de aankomsthal staat, word je verwelkomd door je gids en naar Negombo gereden (en dat is maar een kilometer of 10).

Negombo ligt ten noorden van Colombo aan de westkust van het eiland. Voor reizigers en de lokale bevolking is het lange strand de meest aantrekkelijke plek om tijd door te brengen. Het strand ligt deels om de Negombo baai heen. Er leven nog veel vissers en dat zie je aan de vele boten bij de baai en aan de kust.

Honderden jaren geleden zag je er ook veel Nederlanders. In de 17e en 18e eeuw was Ceylon, zoals Sri Lanka toen nog heette, een Nederlandse kolonie. De Nederlanders kwamen op verzoek van de koning van Kandy om de Portugezen te verdrijven, maar bleven om te kunnen profiteren van de handel in kaneel. Dat deden ze tot ze in 1796 door de Britten van het eiland werden gejaagd.

Die geschiedenis is nog te zien in Negombo Dutch Fort en aan de kanalen die werden gegraven om de kaneel te vervoeren.

Is het geen goed idee om deze ooit Nederlandse stad per fiets goed te ontdekken?

Je gids neemt je 4 uur mee om de interessantste bezienswaardigheden, zoals vis-, groente- en fruitmarkten, de Nederlandse kanalen, en de mooiste tempels en kerken te zien, maar vertelt ondertussen ook alles wat je van Negombo en de rijke geschiedenis wilt weten. Uiteraard wordt er regelmatig gestopt voor een verfrissing en een snack.

De rest van de dag is ter vrije besteding. Tip: het Muthurajawela moeras, een reservaat van brak water vol met mangrove, waar je met een boot doorheen kunt varen. Er leven hier varanen, krokodillen en schildpadden.

Vind je ook niet dat de naam Anuradhapura iets mysterieus heeft? Wij wel, en het klopt ook wel, want Anuradhapura heeft meer geschiedenis dan de meeste andere plekken op de wereld.

In Anuradhapura (je rijdt er vanaf Negombo in ongeveer 5 uur naartoe), woonde drieduizend jaar geleden al mensen. Dat blijkt mede uit meer dan 2.500 jaar oude geschriften die hier gevonden zijn. De stad is de bron van het Theravada boeddhisme en was 1.500 jaar lang de hoofdstad van het Singalese Rajarata rijk. Omdat Anuradhapura dus ook een boeddhistisch middelpunt was, stonden er veel tempels, waarvan er gelukkig veel in redelijk goede staat bewaard zijn gebleven. Anuradhapura staat daarom in zijn geheel op de Werelderfgoedlijst van de Verenigde Naties.

Je gids neemt je onder meer mee naar de beroemdste stoepa hier, de Ruwanweliseya. De eerste versie werd al 140 jaar voor Christus gebouwd. De stoepa is meer dan 100 meter hoog en dat is uitzonderlijk voor zo'n oud monument. Het bevat meerdere relikwieën van Boeddha (die je overigens niet kunt zien), en heeft daarom de status van een belangrijk boeddhistisch heiligdom.

Ook ga je naar de heilige vijgenboom Jaya Sri Maha Bodhi. Deze stamt af van de boom in India waaronder Boeddha verlicht zou zijn geraakt, en is daarom van grote religieuze waarde voor boeddhisten. De boom is meer dan 2.300 jaar oud en de oudste gedocumenteerde boom op aarde.

Je gaat vandaag vanuit Snuradhapura twee bijzondere plekken in de omgeving bekijken.

De eerste is Avukana (of Aukana), een van de schoolvoorbeelden van een staand boeddhabeeld. Het beeld is 12 meter hoog (met voetstuk 14 meter) en in de rug nog altijd verbonden met de rots waaruit het beeld is gehouwen. Het kijkt uit op het waterreservoir Kala Wewa. Over hoe oud het beeld is, zijn de geleerden het niet helemaal eens, maar zeker is dat het ergens tussen de 5e en 8e eeuw is gebouwd. Het is verbazingwekkend hoe mooi en feilloos dit boeddhabeeld na al die eeuwen nog altijd is.

De tweede locatie is Mihintale, een bergtop waar -naar verluidt- Boeddha een ontmoeting had met koning Devanampiyatissa, die na het gesprek de leer van Boeddha omarmde. Volgens gelovigen het begin van het boeddhisme in Sri Lanka. Een trap met een kleine 2.000 treden leid je naar de top. Eenmaal boven sta je niet alleen op 'heilige' grond, maar heb je ook een fantastisch uitzicht over de omgeving.

Je reist vandaag verder naar Ponnaruwa, maar niet zonder Dambulla te hebben bezocht.

Dambulla is de grootste en best bewaarde verzameling grottempels van Sri Lanka. De meest opvallende altaartjes zijn een paar duizend jaar geleden onder een ruim 150 meter uitstekende rots gebouwd door koning Valagambahu. De koning schuilde hier tegen vijanden, maar maakte tempels in de grotten toen hij met succes zijn gezag herwon.

In vijf van de pak ‘m beet 80 grotten zijn muurschilderingen te zien die goden en godinnen, koningen en Boeddha verbeelden. In de loop van de jaren hebben latere koningen nog tientallen boeddhabeelden toegevoegd. Om de grottempel te kunnen zien, moet je een stukje omhoog klimmen. Aan de voet van de heuvel vind je de Golden Temple.

Daarna is het nog ongeveer 2 uur rijden naar Polonnaruwa.

En dan is het nu tijd om Polonnaruwa te gaan verkennen. Polonnaruwa is een van de oudste koninkrijken in Sri Lanka. Het nam in de 10e eeuw de leidende rol van Anuradhapura over. Gelukkig is van Polonnaruwa relatief veel bewaard gebleven. er valt dus echt wat te zien.

In het rijke glorieuze verleden bestond het koninkrijk uit indrukwekkende paleizen, heiligdommen, kloosters, paviljoenen, parken, vijvers en meren. Mooi voorbeeld daarvan is de 5940 hectare grote Parakrama Samudraya, de zee van Parakrama, genoemd naar koning Parakramabahu die dit enorme reservoir liet bouwen om regenwater in op te vangen zodat er geen water werd verspild.

Van de vele monumenten zijn verder de cirkelvormig Vatadage van de The Sacred Quadrangle, het zwembad (!), de boeddha figuren van Gal Vihara en de restanten van het koninklijk paleis, dat in hoogtijdagen 1.000 kamers telde en uit 7 verdiepingen bestond.

In het totaal platte, grotendeels door oerwoud overwoekerde landschap van Sigiriya wacht veel bezoekers een overrompelende verrassing: de Leeuwenrots. De rots is 200 meter hoog en heeft een oppervlakte van 1,6 hectare. Bovenop de rots stond ooit een koninklijk fort. Bezoekers liepen via een trap door de open mond van een in de rots uitgehouwen hurkende leeuw naar boven.

Langs de rots voert een 1.200 treden hoge stenen en deels stalen trap je in 1 tot 2 uur naar de top. Dat is al een avontuur op zichzelf, want op sommige stukken is de trap erg smal (maar wel afgeschermd door een hek).

Tijdens de tocht omhoog passeer je, voordat je aankomt bij de massieve stenen leeuwenpoten, die deze plek de bijnaam Leeuwenrots geven, prachtige wandschilderingen en een spiegelwand (zodat de koning naar zichzelf kon kijken). Na de tocht word je naar je hotel in een nieuwe bestemming gebracht, Kandy.

Let op: de tocht naar de top van de Leeuwenrots is niet aan te raden voor mensen met hoogtevrees of met beperkte mobiliteit!

De oude koningsstad is de op een na grootste stad van Sri Lanka. Kandy is een schilderachtige plaats rond het centrale meer en wordt omgeven door groene heuvels.

In Kandy ga je naar de universiteitscampus Peradeniya en kun je genieten van een mooi uitzicht over de stad vanaf de Upper Lake Drive.

Je gaat ook naar een traditionele vuurshow met Sri Lankaanse muziek en dans. Hierna wandel je met de gids naar Sri Dalada Maligawa, de tempel van de heilige tand.

Deze ligt midden in Kandy aan het meer. Die tand zou van Boeddha zijn en wordt gekoesterd als een onbetaalbare schat. Volgens de overlevering geeft de tand de bezitter ervan alle macht over het eiland. Vandaar dat deze zo goed achter slot en grendel wordt bewaard in deze tempel, die binnen de muren van het oude koninklijke paleis ligt. Er zijn dagelijks meerdere rituelen waarin de tand wordt geëerd en op woensdag wordt de tand symbolisch gewassen.

Na het ontbijt vertrek je naar het treinstation om vervolgens met de trein naar Nuwara Eliya te reizen. Deze treinreis van ongeveer 3 uur staat bekend als een van de mooiste ter wereld. Je passeert oude treinstations die nog volledig handmatig worden bediend en hebt spectaculaire uitzichten op theeplantages, watervallen en groene heuvels.

In Nuwara Eliya word je opgewacht door je gids en naar je hotel gebracht.

Nuwara Eliya is het hart van het theeland van Sri Lanka. Het ligt op een hoogte van 1900 meter en was vanwege het aangename klimaat ruim 100 jaar geleden al een geliefd toevluchtsoord van de Britten. Met een overvloed aan plantagebungalows, golfbanen, huizen in Engelse landelijke stijl en een heuse renbaan heeft de stad nog steeds een uitgesproken Britse sfeer. De omliggende berghellingen en valleien zijn bedekt met weelderige groene theeplantages, afgewisseld met beekjes en watervallen.

Let op! Houd er rekening mee dat treinkaartjes slechts 14 dagen van tevoren kunnen worden geboekt. Als er geen treinkaartjes meer beschikbaar zijn, gaat de reis over de weg door het schilderachtige heuvelland. Uiteraard doen we ons uiterste best om de treinkaartjes te regelen. 

Vandaag bezoek je een theefabriek en een theeplantage waar je de mogelijkheid hebt om meer te leren over het theeproces en de verschillende soorten thee die hier worden gemaakt. Uiteraard kun je ook thee proeven en kopen.

Ook maak je vandaag een wandeling door het stadscentrum, langs het Victoriaanse postkantoor, de oude Hill Club en de golfbaan, voordat je stopt bij de schilderachtige Holy Trinity Church, die door de Britten in het midden van de 19e eeuw is gebouwd.

De karavaan trekt verder. Op weg naar Udawalawe National park stop je bij de Ravanna watervallen bij Ella. Ze zijn 25 meter hoog en één van de breedste watervallen van het land.

Udawalawe National Park biedt je de beste kans om olifanten in het wild te zien. Het nationale park in Zuid-Sri Lanka is vernoemd naar het waterreservoir in de Walawe rivier. Er leven hier nog honderden dikhuiden, die vaak in kuddes van tientallen dieren rondwandelen. Het spreekt voor zich dat we hier een (privé) jeep safari gaan maken in de hoop veel wildlife te spotten.

Want er leven hier niet alleen olifanten. Een zeer zeldzame bewoners is de Sri Lankaanse luipaard. Met wat geluk zie je ook waterbuffels, krokodillen en veel bijzondere tropische watervogels, maar ook de geverfde ooievaar, de Ceylonese tok (een neushoornvogel) en adelaars.

Dan gaan we nu een geheimpje verklappen: Ahangama.

Ahangama is een rustig, nog relatief onontdekte badplaats in het diepe zuiden van het eiland. De stranden zijn er ongerept en voorzien van lange stroken palmbomen. Je kunt er uitstekend surfen en de meest opvallende foto's ga je maken van vissers die ogenschijnlijk nogal ongemakkelijk aan palen in zee hangen in de hoop op een goede vangst.

Van Udawalawe National park naar Ahangame is ongeveer 4uur rijden.

Een van de plekken in Sri Lanka waar je restanten van de Nederlandse koloniale tijd kunt zien is Galle, dat fraai aan een baai in het zuidwesten van Sri Lanka ligt, op een kleine 20 kilometer van Ahangama.

Het hart van de stad wordt nog altijd gevormd door het fort van Galle dat aan drie zijden is omringd door de oceaan. Het fort is een ommuurd stadsdeel dat door de Portugezen werd geïnitieerd, maar door de Nederlanders in de 17e eeuw is voltooid. Andere nalatenschap van onze voorouders daar is de Groote Kerk (nog altijd een kerk) en het Dutch Hospital (nu een winkelcentrum).

Je maakt met de gids een wandeltocht door Galle Fort, langs de wallen, passeert Nederlandse koloniale gebouwen en ziet de beroemde vuurtoren en de oude Portugese haven.

Geniet nu het nog kan: dag ter vrije besteding aan het strand van Ahangama.

Na het ontbijt word je in ongeveer 2 uur naar Colombo gebracht. Voordat je weer richting het vliegveld gaat, maak je hier nog een stadstour.

Colombo is de commerciële hoofdstad van Sri Lanka, tevens de grootste stad met zo’n 6 miljoen inwoners. De stad ligt aan de westkust van het eiland aan zee. In de 17e eeuw leverden de Nederlanders en de Portugezen hevig strijd om de macht in dit gebied, waar veel kaneel werd geproduceerd. Het Old Dutch Hospital is een van de oudste gebouwen in het stadsdeel dat nog Fort wordt genoemd. Het is allang geen ziekenhuis meer, maar een uitgaanscentrum met restaurants en winkels.