Verlaat Thailand niet zonder je het heerlijke fruit geproefd hebt! Er zijn echt zoveel heerlijke tropische vruchten te vinden. Hieronder sommen we 17 tropische Thaise vruchten op die zeker het proberen waard zijn! Koop ze op een van vele lokale markten of bijvoorbeeld zelfs op een drijvende markt, een ware beleving! Of drink de heerlijke vruchtenshakes die je overal kunt vinden.
Mangosteen (Mang-Kut) en Durian (Tu-Rian) / Doerian
Thailand kent een koning en koningin onder de vruchten. De durian is de koning en de mangosteen is de koningin. Nou smaakt deze vrouwelijke vrucht heerlijk zoet en deze mannelijke vrucht herken je van mijlen ver aan zijn doordringende geur. You will love it or hate it… De meeste vruchten kennen diverse benamingen. Zo is de mangosteen bijvoorbeeld ook bekend als: mangistan, mangostan, mangoestan, manggis, manggistan, mangestang.
TIP – wil je deze tropische vruchten proeven in Thailand? Bekijk een van onze unieke rondreizen door Thailand.
Jackfruit (Nangka / Khanoon)
Jackfruit is de grootste boomfruit soort die er bestaat. Hij kan wel 35 kilo wegen! Die neem je dus maar niet zo even mee op de markt. Maar gelukkig worden er ook gewoon porties jackfruit op elke straathoek verkocht. De jackfruit heeft een bijzondere smaak en structuur. Het lijkt een beetje bloemachtig, al wordt er ook gezegd dat hij (wanneer jong) een vleesachtige structuur heeft en mede daardoor een goede vleesvervanger. Net zoals veel vruchten, is de jackfruit ook erg gezond en heeft veel gezondheidsvoordelen. De Jackfruit bevat veel vezels, maar ook ijzer, calcium en kalium. Je kunt deze vrucht koud of warm eten. Een rijpe jackfruit smaakt zoet en is vooral lekker in desserts.
Drakenfruit / Pitaya (Gao Mung Gorn)
Deze knal roze vrucht met stekels is de vrucht van een cactus. Het vruchtvlees binnenin is roze of wit met zwarte kleine pitjes, vergelijkbaar met die van een kiwi. Het heeft een frisse smaak. Het is een makkelijke en heerlijke vrucht!
Guava (Farang) / Guave
Deze groene vrucht wordt in het Thais Farang genoemd, wat letterlijk vertaald kan worden als buitenlander. Deze vrucht komt oorspronkelijk uit Zuid Amerika, maar is hier nu ook veelvuldig te vinden. Je kunt hem eten als hij nog jong, fris en knapperig is, maar ook overrijp is hij heerlijk en smaakt dan zacht zoet.
Rose Apple (Chom-Poo)
Deze klokvormige vrucht is er in een rode kleur en een witte/groene kleur. Ze bevatten veel water en smaken erg fris. De naam is wel verwarrend, want het heeft weinig overeenkomsten met rozen of appels. Rose apples blijken erg veel goede stoffen te bevatten. Deze vrucht zou bescherming bieden tegen diabetes, de spijsvertering verbeteren, het immuunsysteem versterken, de lever ontgiften, epileptische aanvallen doen stoppen, bacteriële- en schimmelinfecties uitroeien, bepaalde kanker soorten kunnen voorkomen, en koorts- en cholesterol verlagend werken.
Pomelo (Som-O)
De pomelo is een citrusvrucht, meestal groen/geel van de buitenkant. Het is de grootste citrusvrucht die er bestaat. De schil lijkt op die van een sinaasappel of grapefruit. De smaak komt ook overeen met grapefruit, alleen is de pomelo een stuk milder en minder bitter. Pomelo bevat heel veel vitamine C. Elke vrucht bevat ongeveer 600 procent van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vitamine C. Een pomelo bevat ook ongeveer 25% van de aanbevolen hoeveelheid vezels op een dag, dus het werkt ook zeker goed voor de stoelgang.
Custard Appel (Noi-Na)
De naam zegt het al. Het vruchtvlees van de custard appel, lijkt op custard. Een bijzondere vrucht met zijn groene schubben. Met een lepel schep je zo het vruchtvlees eruit. Een gezond custard toetje! Eet smakelijk!
Lychee (Linjee)
Tussen juli en oktober kun je de lychee tegen het lijf lopen wanneer je de markten in Bangkok bezoekt. De lychee is een kleine ronde vrucht, ter grote van min of meer een golfbal. Hij heeft een ruwe, schubachtige rode/roze schil. Door hem tussen je vingers te knijpen, barst de schil en kun je hem pellen. Het witte vruchtvlees smaakt verfrissend en zoet. De zwarte pit kun je niet eten.
Rambutan (Ngor)
De rambutan is familie van de lychee en longan. De rambutan is fel rood, net iets groter dan de andere drie en is de enige met haren. Aan deze zachte lange haren heeft hij ook zijn naam te danken. Rambut betekent haar in het Maleis. De rambutan smaakt ook het zoetst van allemaal.
Langsat (Lang-sard)
Deze komt van oorsprong uit Thailand. Hij lijkt op de longan van de buitenkant. De smaak is toch echt anders. Het witte, glazige vruchtvlees van de langsat bestaat uit partjes in plaats van één geheel. Het heeft een zoete met een klein beetje wrange smaak. Deze vrucht zal je vooral tussen juli en oktober aantreffen.
Longan (Lam-Yai)
Dit is een onbekender broertje of zusje van de lychee en rambutan. In tegenstelling tot de andere twee heeft de longan een bruine ruwe schil. Het makkelijkste is om hem tussen je vingers open te knijpen en hem dan af te pellen. Tussen juni en augustus kun je van deze vrucht genieten in Thailand. Zeker in het noorden van Thailand, rond Chiang Mai.
Papaya (Ma-La-Kaw) / Papaja
De papaya tref je het hele jaar door aan in Thailand. Toch smaakt hij het lekkerst tussen maart en juni. Papaya wordt niet alleen als zoete vrucht gegeten in Thailand. De jonge, onrijpe papaya is misschien nog wel populairder in dit land. De jonge papaja is namelijk het hoofdingrediënt van het populaire gerecht Som Tam, een pittige salade van jonge reepjes papaja, limoensap, palmsuiker, vissaus, geroosterde pinda’s, knoflook, tomaten, groene knapperige boontjes, garnalen en chili’s. Zeker een ‘must try’ gerecht! Het is nog lekkerder, zoals de locals eten, met kleefrijst! Leer alles over dit en andere heerlijk Thais eten tijdens de eettour in Bangkok of fiets langs al het heerlijke fruit en leer zelf SomTam koken tijdens een kookcursus.
Sapodilla / Chikoo (La-Mut)
Dit is weer een vrucht die je lekker vindt of verschrikkelijk. De sapodilla heeft een bijzondere sterke smaak. Een combinatie van bruine suiker, karamel, honing en wortelbier. Onder Thaise mensen staat deze ook bekend als de alcoholvrucht. Door veel van deze vrucht te eten, zou je een alcohollucht gaan verspreiden. Van oorsprong komt hij uit Midden Amerika, maar hij is nu in veel tropische landen te vinden. Je kunt hem schillen of doormidden snijden en het vruchtvlees eruit lepelen. Als je de schil er iets afschraapt en hij heeft een bruinige kleur, dan is hij goed. Is hij nog groen, dan is hij onrijp. De schors van de boom waaraan hij groeit bevat een stof die in kauwgom wordt gebruikt.
Coconut (Ma-Praow) / Kokosnoot
Zie je jezelf al liggen aan het strand met een heerlijke kokosnoot in je handen? De kokosnoot levert niet alleen mooie vakantiekiekjes op, het smaakt ook heerlijk en is ook nog eens heel gezond!
In Nederland zie je vaak de oude, bruine barst, kokosnoot in de winkels liggen. Hier in Azië kom je vaak de jonge, groene kokosnoot tegen. Beiden zijn lekker, maar de jonge, groene kokosnoot bevat veel meer water en is dus erg lekker als verfrissend drankje. Het bevat veel kalium, clacium, natrium en magnesium. Het is rijk aan verschillende B-vitaminen, antioxidanten, cytokinine en is een fantastisch sportdrankje. Je voelt je een beter mens na een jong kokosnootje! De jonge kokosnoot zou ook heel gezond zijn voor zwanger vrouwen. Het is onder andere goed voor de bloeddruk, houdt het vruchtwater op peil en gezond, het is natuurlijk diuretisch, bevat goede elektrolyten, het verlaagt zuurbrand en obstipatie en gaat infecties te lijf. Als zwangere vrouw op vakantie in Zuidoost Azië zal je vaak een kokosnoot aangeboden krijgen.
Snake Fruit (Sala / Salak) / Slangenfruit
Slangenfruit! Deze vrucht heeft een zeer interessante, bruine schil. Het lijkt een slangenhuid. Het vruchtvlees is wit van kleur. Slangenfruit heeft een zoetige, tropische smaak. Hij groeit aan een palmboon en van oorsprong komt deze Salak uit Indonesië en Maleisië, maar nu is hij overal in Zuidoost Azië te vinden. In Indonesië wordt het ook geheugenfruit genoemd, doordat er veel kalium en pectine in zit. Het bevat ook vitamine B, vitamine C, ijzer en calcium. Het werkt ook verstoppend, dus goed als middel tegen reizigersdiarree.
Banana (Gluay) / Banaan
Bananen zie je echt overal en in zoveel verschillende soorten. Klein, groot, dik, dun, geel, groen, rood/oranje en ze smaken ook zeer verschillend. De een smaakt wat zachter en zoeter, de ander is wat steviger en melkachtig. Er zijn meer dan 30 verschillende soorten bananen in Thailand te vinden.
Bananen worden niet alleen gewoon gegeten, maar je vindt ze ook terug in fruitshakes, op de bbq, gebakken in olie, als toetje met kokosmelk, gedroogd of bijvoorbeeld in pannenkoeken. De bananenbladeren worden vaak gebruikt om voedsel in te verpakken. Ook de bloem van de banaan is eetbaar en wordt in veel Thaise gerechten toegevoegd.
En dat is nog niet alles..
Er zijn ook veel vruchten te vinden die we in Nederland misschien ook wel eens hebben geproefd. Zoals bijvoorbeeld de mango, ananas of watermeloen. Toch raden we aan deze ook zeker hier te proberen! Ze smaken heerlijk zoet!