Eindelijk. Je reis naar Cambodja gaat beginnen. Maar liefst 17 dagen word je ondergedompeld in het land van de Khmer.

Vandaag vlieg je naar Siem Reap. De vlucht is niet bij de prijs inbegrepen. Wij helpen je graag met het zoeken naar een geschikte vlucht.

Welkom in Cambodja! Je wordt opgehaald en naar je hotel gebracht.

Er is vandaag verder geen programma, dus je kunt lekker bijkomen van de reis aan het zwembad.

Siem Reap ligt in het noorden van Cambodja aan het Tonle Sap meer. Het eeuwenoude stadje is de uitvalsbasis voor Angkor Wat, dat op een kleine 6 kilometer afstand ligt. Siem Reap heeft dankzij die bezoekers een enorm aanbod van hotels, maar door die drukte ook een levendig en erg gezellig centrum gekregen, waar het een paar avonden goed toeven is.

Een reis naar Cambodja zonder Angkor Wat is niet compleet. Mooi dus dat je daar vandaag met de Cambodjaanse tuk tuk naartoe gaat. Angkor Wat is een unieke belevenis, een stap terug in de tijd, een indrukwekkende kennismaking met wat ooit het welvarende Khmer-rijk was. Angkor Wat betekent niet voor niets ‘tempel stad’, het is het grootste religieuze monument ter wereld.

Leuk om te weten is dat de tempels helemaal niet zo veel op elkaar lijken als je misschien nu nog denkt. De hoofdtempel Angkor Wat is groots en heeft de uitstraling van een paleis. Een andere tempel, Ta Phrom, ziet eruit alsof er een aardbeving is geweest die goed aan de wortels van de bomen heeft geschud. Bomen en tempel lijken met elkaar verweven. En in de Bayon tempel zie je honderden in rotsen uitgehouwen gezichten die nog altijd respect afdwingen.

Als je op de kaart van Cambodja kijkt, is het enorme Tonle Sap meer het eerste dat opvalt. Het is het grootste zoetwatermeer van Zuidoost-Azië en een opvallend natuurverschijnsel. Het maakt veel uit of je dit meer in het droge- of het regenseizoen bezoekt. In de regentijd is het zo’n 6 (!) keer groter, en de waterstanden verschillen van 1 meter (droge seizoen) tot wel 9 meter water!

Het verklaart waarom de vissershuisjes hier op palen staan. Dat er veel vissers leven is omdat driekwart van alle vis in de Cambodjaanse binnenwateren in Tonle Sap wordt gevangen. Nog zo’n indrukwekkend gegeven dat aantoont hoe belangrijk en groot dit meer is: ongeveer de helft van het water dat de Vietnamese Mekong Delta instroomt, komt hier vandaan.

Dit gebied ga je op een halve dagtour per open jeep verkennen. En afhankelijk van de waterstand ook per boot. We laten je in ieder geval Kampong Khleang zien, het bekendste 'drijvende' dorp van Tonle Sap.

Vandaag is ter vrije besteding.

Je kunt overwegen in Phnom Kulen National Park te gaan kijken. Het ligt op 45 kilometer van Siem Reap en je vindt er een pagode op de top van de Kulen heuvel, een liggende Boeddha en meerdere watervallen, waar je kunt zwemmen en picknicken. Ook leuk: het Banteay Srey Butterfly Centre. Een van de grootste vlindercollecties van Zuidoost-Azië.

Je verlaat Siem Reap en rijdt richting Kratie. Onderweg kom je langs rubberplantages, oude tempels en in Kampong Cham, waar je in ieder geval een stop maakt bij Phnom Hanchey. Vanaf deze heuvel heb je een mooi uitzicht over de Mekong. Stop in overleg met je chauffeur, zodat je leuke en interessante plekjes kunt zien onderweg.

Het dorpje Kratie ligt aan de Mekong rivier in een zeer landelijke omgeving. Het is bij uitstek wat ze een slaperig stadje noemen. De voornaamste reden om hier naartoe te gaan is dat je in de buurt bij Kampi nog Irriwaddy dolfijnen kunt bekijken, en dat kan bijna nergens meer. Er leven er hier nog zo’n 80 en die laten zich vaak ook echt zien.

De beste kans om Irriwaddy dolfijnen te zien is bij Kampi, zo’n 16 kilometer ten noorden van Kratie. Daar ga je dus naartoe. Je dobbert lekker rond op een bootje in afwachting van wat gebeuren gaat. De dieren laten zich vaak zien en zijn goed te spotten. De kapitein van de boot volgt de dieren op veilige afstand.

Hierna ga je met de pont naar het kleine eilandje Koh Trong dat midden in de Mekong ligt. Samen met je gids fiets je over het eiland en stop je af en toe om wat fruit te kopen, en ga je naar de pagode van het eiland.

De reis gaat verder richting de grens met Vietnam. Daar ligt de grootste provincie van Cambodja, Mondulkiri. Het is weliswaar de grootste provincie maar ook een van de minst dichtbevolkte. De hoofdstad Sen Monorom heeft minder dan tien duizend inwoners.

Het leuke is dat je hier wel optimaal Cambodja ervaart. Het is het echte platteland, met miniscule dorpjes, badende waterbuffels en soms zelfs nog olifanten. Middenin het stadje liggen twee meren, waar je fijn kunt wandelen. Sen Monorom wordt omgeven door allerlei dorpjes waar verschillende minderheden wonen. Op de markt van Sen Monorom kom je al die bevolkingsgroepen tegen, omdat ze hier hun waren te koop aanbieden en zelf inkopen doen. De Phnong stam herken je aan de manden op hun rug. Maar je ziet ook Khmer, Thapeuan en de Charai.

Vandaag staat er een bijzondere ontmoeting op het programma. Je wordt opgehaald bij de lodge en gaat naar het Elephant Valley Project. Na een uitleg over het project en het programma van die dag ga je op zoek naar de olifanten familie en volg je hen de gehele dag in hun dagelijkse doen en laten. Je krijgt uitleg over de olifanten, de lokale mahouts, de jungle en het behoud hiervan. Een ritje op de rug van een olifant wordt hier absoluut niet toegestaan. Aan het einde van de dag word je weer teruggebracht naar je accommodatie in Sen Monorom maar er is ook een mogelijkheid om op het project te overnachten.

Ook vandaag staat in het teken van de ongerepte schoonheid van de natuur van Mondulkiri.

Tachtig procent van de bevolking in deze provincie behoort tot een minderheid. Er zijn ongeveer tien verschillende stammen. Met een van hen ga je nader kennismaken. Je hoort alles over hun eenvoudige dagelijks leven.

Verder breng je een bezoek aan Daum Srol, en als je wilt kun je in de middag een pittige klimtocht door het Dokramom gebergte maken, met onderweg onder meer een prachtige waterval.

Cambodja trekt vandaag voor een groot deel voorbij terwijl jij in de minibus in 5 tot 6 uur van Mondulkiri naar Phnom Penh wordt gebracht.

Er wonen ruim twee miljoen mensen in de Cambodjaanse hoofdstad Phnom Penh, maar daar merk je eigenlijk weinig van. De stad heeft een dorpse sfeer en dat is wel zo leuk. Ontmoetingspunt, uitrustplek en de lokatie om vrienden en bekenden te ontmoeten, of gewoon even een wandelingetje te maken is Sisowath Quay. De boulevard is 3 kilometer lang en ligt aan de Mekong rivier, waar meerdere afsplitsingen van deze rivier weer bij elkaar komen. Je vindt er legio koffietentjes, barretjes en restaurants.

Halverwege de jaren ’70 is de Rode Khmer onder leiding van Pol Pot de baas in Cambodja. Pol Pot streeft naar een agrarische samenleving en schuwt geweld niet.

Wat dat betekende valt nog altijd goed te zien in de Toul Sleng gevangenis in Phnom Penh en op de Killing Fields. Intellectuele Cambodjanen (een bril dragen werd al als intellectueel gezien!), opstandelingen, monniken en politieke tegenstanders werden gevangen gezet, verhoord en gemarteld.

Bij The Killing Fields werden vele duizenden van hen geëxecuteerd. Een pagode met doodshoofden is blijven staan als confronterend monument. Het staat symbool voor al die moorden. Pol Pot is verantwoordelijk voor de dood van anderhalf tot 2 miljoen Cambodjanen. Een kwart van de bevolking……

Beide locaties zijn onderdeel van onze Phnom Penh city tour. Je gaat per tuk tuk naar S21 Tuol Sleng. Hierna is het slechts een kort ritje naar het Koninklijk paleis, een prachtig complex dat aantoont dat de Cambodjanen ook vandaag de dag nog mooie gebouwen kunnen neerzetten.

Na de lunch verlaat je de stad en is het ongeveer een half uur rijden naar Choeung Ek, beter bekend als The Killing Fields.

Het wordt tijd voor wat strand. Dat vind je op zo'n 3 tot 4 uur rijden van Phnom Penh. Uiteraard word je er door onze chauffeur naartoe gebracht.

Kep was al een badplaats in de koloniale tijd en heeft nog altijd fraaie stranden, en een reputatie te verliezen als het gaat om de lekkerste krab. Volgens sommigen is Kep wat gedateerd, maar wij denken dat dat juist kleur geeft aan dit indertijd bij de Fransen geliefde oord. Wil je wat variatie? Maak dan een uitstapje naar Koh Tonsay (Rabbit island) of ga op zoek naar het doorgaans verlaten Angkoul strand, 25 kilometer buiten de stad.

Kampot staat bekend om de beste peper van de wereld. De vraag naar deze peper die in wit, rood en zwart verkrijgbaar is, neemt aanzienlijk toe, maar er worden geen grote hoeveelheden geproduceerd. Sinds 2009 heeft de Kampot peper een beschermd geografische aanduiding gekregen (net als dat champagne alleen champagne mag heten als het uit de gelijknamige regio komt).

Vandaag bezoek je een volledig biologische boerderij en aansluitend neem je een kijkje bij een van de lokale zoutvelden (alleen mogelijk in het droogseizoen).

De lunch wordt geserveerd op een fantastische mooie plek aan Secret Lake waar je een prachtig uitzicht hebt op de omliggende bergen. Je kunt hier even lekker uitrusten in een hangmat, of een duik nemen in het meer.

Ook ga je nog naar de Tropeang Sanke gemeenschap, waar je helpt om mangrove te planten en je van alles leert over de cruciale rol van deze vegetatie in het lokale ecosysteem. Als je per boot langs de vissers vaart, begrijp je hoe belangrijk het is om deze gemeenschap te ondersteunen. Na de boottocht en het aanbreken van de avond zie je hopelijk een prachtig spektakel van vuurvliegjes, maar dat hangt af van het weer.

Deze twee dagen zijn ter vrije besteding.

Je wordt op tijd naar de luchthaven gebracht voor je vlucht naar huis.

Je kunt deze dag nog gewoon gebruik maken van alle faciliteiten van het comfortabele 4-sterren hotel. Mocht je de kamer na 12 uur 's middags willen aanhouden, dan is dat uiteraard te regelen.